Wie verandert, verandert.




       
Misschien wil je dat onze interesses overeenkomen, al was het voor een deel. Probeer nu eens geen beeld te schetsen van zo wil ik zijn en zo wil ik dat wie dan ook is. Wees eens eerlijk. Kijk naar onze ontmoetingen. Mij maak je niet wijs dat wij voldoende klik hebben. Het is frappant dat dit, wat mij al ruime tijd is opgevallen, lastig is om te bespreken. Er lijkt geen ingang te zijn. Wat niet aan iemand ligt, voor de duidelijkheid.
Zulke berichten zijn naar mijn idee effectiever om tot een kern te komen. Face to face is niet onmogelijk, maar schrijven zegt meer, met minder. Er kan ergens over worden nagedacht, wat in direct contact geen ruimte hoeft te kennen. Overigens is onze historie zo, dat we ons af kunnen vragen hoe vaak iemand een ander nog heeft te zien, na tientallen jaren dat ze elkaar al hebben gezien. De vraag dus weer, wat wil je?
Wat ik al vaker heb gemerkt met zogenaamd geïnteresseerden, is dat het niet verder komt dan 'ik wil contact, ik wil je zien, even langskomen'. Meer is er niet over nagedacht of het komt met vlakke argumenten die mij niet raken. In jouw geval nu ook 'begrijpen'. Allemaal verlangens. Alsof we geen gram verschillen met hoe een kleuter naar de wereld kijkt. Het wil ijsje, appel en contact. Succes. Niet bij mij.
In correspondentie kan het rustiger delen wat er te delen valt. Onze vorige ontmoeting liet weer zien dat een gesprek tussen ons dood kan lopen. Waarbij je je af kan vragen, zijn we elkaar gesprekspartner? Nee, eh? Want ik en voldoende mijzelf zijn bij menigeen wordt 'm niet. No offense. Ik kan idealiseren dat het anders is, dit kan iedereen en zijn we goed in, maar nee. Liever eerlijkheid in de mond dan dat ik me verwond aan wat ik genoeg heb ervaren. Ik ben niet eens van dit uiteenzetten. Het moet maar even, mocht het helderheid verschaffen en aangeven dat ik niet meedoe met het persoonlijke wereldje waar ik velen nog in zie verkeren. Als ik zo vrij mag zijn in te vullen wat niet in te vullen valt. Ondanks dat er voor mij van alles wordt ingevuld, of ik het wil of niet. Dat dit niet duidelijk is en er telkens naar uitleg wordt gevraagd komt mijn neus uit.
Als ik je werkelijk boei, laat je me in dit geval met rust. Wellicht valt het je niet op, maar als de taal die ik gebruik om mijn grenzen te stellen jou niet aanstaat, als je er iets onhandig aan vindt of wat dan ook, wordt het tijd om ogen te openen. Los te laten aan verwachtingen. Welke niemand helpen. Over de tijd merk ik dat woorden, die er al lang hadden mogen zijn, nu gaande weg worden gevonden. Dit zie ik ook als je de berichten hier op een rijtje zet en kijkt hoe iets aan het veranderen is. Wat gelijk een onderwerp is om mee af te sluiten.
Wie verandert, verandert. Wie hier niet in mee kan gaan, kan gaan. Iets wat in relaties knelt, zoals je bij jezelf kan zien of waar ik een voorbeeld van ben als het om mijn 'ik' gaat: de bottleneck van en crux ten top. Tussen ons kan ik zeggen, laat me. Ik verander, om het in taal naar jou te vertalen. Met de kanttekening voor mij en wie het eventueel ziet: vraag wie die 'ik' is tot er geen verandering, 'ik', noch wie dan ook wordt gezien. Wanneer ik merk dat mijn relatief veranderende 'persoontje', naar wat voorbij het persoonlijke gaat, de ruimte niet vindt, is het weg. Dan laat het op zijn minst zichzelf met rust. Het is bij deze een idee om stap voor stap te nemen. In eerste instantie via schrijven een handreiking te geven en los te laten waar dit heen gaat.
Waar het over gaat, beslaat niet niks. Of juist wel, het is maar hoe je er naar kijkt. Dit verwoord het niet zo één, twee, drie. Vier, hoedje van papier. Voor mij is het nu, hier en boeit de toekomst en verleden me geen zier. Noch dat ik bier tot me neem, zo zorgende de alcoholist op afstand te houden. Het lichaam onderhouden is niet wat we er doorgaans van vatten. Norm houdt ons vlak, wijl het dieper gaat dan een wegtrekken van de bodem. Al kan ik dit pas zeggen nu het is ontdaan aan ballast. Aan drank, drugs en sociaal gedoe. Wat niet eindigt bij genotsmiddelen. Tenzij je ziet dat ook geloof, de persoon en hetgeen eraan verwant net zo drugs kan zijn.
Weet je, ergens heb ik een hekel aan dat er nu een stroom woorden uit het niets verschijnt. Wat kan gebeuren als er een bepaald soort contact plaatsvindt. Zij het na wat we met wie dan ook delen, dat er inspiratie ontstaat. Vroeger keek ik er naar uit, als het ware. Wilde ik creatief zijn, de boodschapper, een doener. Nu? De kapper van deze woorden als haren, zo ik geen zin heb in dit soort dingen. Wat ik minimaliseer en in dit geval maar neem voor lief. Wat ik zeg, al is het nooit dat wat ik voor me zie, hoef ik mijzelf niet uit te leggen. Noch dat er om wordt gevraagd. Al is opkroppen geen goed idee.
Waar ook niet om wordt gevraagd, is om ons als persoon voor te doen. Niemand heeft met elkaar afgesproken dat jij zus bent, ik zo, jij dit werk doet en ik dat. Niemand bespreekt elkaar het spel dag in, dag uit mee te spelen zonder zich den diepste te vragen, wie? Wie ben ik? Desnoods vuurt het alle vragen mogelijk en stort het zich in een opheldering tot duidelijk is wie de oplichter is. Wie het centrum denkt te zijn, waar het om draait. Wie vindt dat onze gedachten werkelijk nuttig zijn. Wijl als ik eerlijk ben er uiteindelijk geen, in de totale zin van het woord, een nut dient en samen met deze woorden door de gootsteen mag. Voor ach, wat heb je er bij de laatste adem aan?

Dag aan, dag uit



        
Ik weet niet wanneer mijn laatste dag is. Dag dus, met al wat ik nog moet, zo nog wil. Zo? Geen garantie voor wie er zo wil zijn. Eens is het er, die adem, die zucht, welke geen herhaling kent. Wat doen we? Herhalen, tot die tijd. Liever een robot modus dan echt denken. Nadenken en door angst heen voelen gebeurt zelden. Voor velen gelden die als het maar positief is praatjes. Niet in staat het leven te nemen zoals het is.
Ons volwassen achten? Alsjeblieft. Als kind ben je voorbeeld voor een ontvankelijke en open houding. Al wordt gevoel dan nog niet volop waargenomen. Dat dit op leeftijd nog steeds geldt, stelt vragen. Ondanks dat het volwassen groeit, zijn we zo rijp nog niet. Al kunnen we opgewassen zijn voor de lelijke kanten van het leven, toch is observeren geen norm. Gadeslaan wordt in de weg gezeten door tal van regels, praatjes en verzinsels. Welke er misschien ooit toe deden, maar zich heden herhalen. Door wat zich tussen oren bevindt. Het commentatorkwaaltje. Zet de televisie aan en kom vingers te kort. Keer inwaarts en merk gedachtegoed ook op als slecht.
Van al wat je denkt, wat kan je er van vergeten? Alles, als je het mij vraagt. Begin met Alt+F4. Wat heb je aan (deze) woorden? Hoe prachtig we ons ook vinden, zo slim en intelligent, zo achterlijk is het dat er geen knop is voor de eindeloze stroom aan informatie. Welke we elke dag ervaren. Nou ja, tot het onze laatste is. Mooi, toch? Al is er altijd wel iemand wie opmerkt dat je dan dus liever dood wilt. Nee, tweezijdige denkmachine. Dit krijg je wanneer je het houdt bij zwart wit wetenschap. Dat niet voorbij denken gaat. Wat het ondenkbare betreft.
Zo kunnen we in taal naar iets wijzen, maar het met geen woord bewijzen. Wat het ook is. Zoals we ons op de vinger richting de maan richten, ongeïnteresseerd naar waar het licht vandaan komt. Over Socrates zijn grot gesproken... nee, gelukkig zit er ook een einde aan. Nu goed? Omdat 'ook' suggereert dat het geen zwartkijker is die dit schrijft en tegen suïcide hikt. Heeft het nog verder te prakken of stellen we ons bezonnen op? Het is begrijpelijk dat je iets leest wat je letterlijker neemt dan nodig. Hier kan je uitgroeien. Iedereen heeft het vermogen tot nadenken, kan een zin anders lezen en eromheen lopen. Zo het oordeel over wie het uit bij zich te houden. Wie niet verantwoordelijk is voor wie het hoe dan ook vat. Leer een vraagteken plaatsen. Wees mentaal zo dat je een zin buigt tot wat jou schikt. Niemand weet de context echt waarin iets wordt gezegd, behalve degene vanuit wie het is bekeken. Wat nimmer exact hetzelfde- in wiens schoenen staan we?
Gevoel niet wegdrukken wordt weleens gezien als afwijking. Emoties? Begin er maar niet over. In plaats van aanschouwen, houden we er graag een mening over op. Net als we de tijd denken te hebben, ondanks een drukke agenda. Als je eerlijk bent, zijn we veelal rommelen. Zo belangrijk zijn we niet. Maar voor een of ander zelfbeeld is het nodig, anders heeft het geen poot om op te staan. Zo'n zelfverzonnen masker wat we dag in, dag uit onderhouden. Dat in de weg staat voor het onderliggende vuur van gevoel. Wat de handen warmt als we niet zo in de rook wapperen van die eindeloze stroom.
Het is een giller als je jezelf opmerkt als overbodig. Een rust wanneer je je niet gelooft. Grappig om je niet te vertrouwen. Dan heeft de wens van suïcide geen grip, wordt de lekkerste vrijpartij doorzien en stellen deze woorden niets voor. Wat ergens niet klopt, gezien het dit anders net zo niet hoeft te schrijven. Wat bij deze ook niet is geschreven. Maar ja, wie heeft het in zich om ergens omheen te lopen? Een andere hoek te interesseren? Niet zo lineair als een liniaal te leven?
Om nu te zeggen dat een eerste opvatting waterdicht is... laat staan dat er een waarheid is. Anders gezegd dient er voor de laatste dag een eerste te zijn. Dag, dualiteit. Het ondenkbare valt niet te bedenken. Het onbekende niet met wie bekend is... het is de bekende weg om over het leven te spreken zonder de dood er in begrepen. Zonde, maar de 'volwassene' heeft ergens mee te spelen. Wie er rijp voor is deinst niet terug voor grillen. Maakt er niets van. Gaat voor zelfrealisatie in alle deugd over lijken. Is niet vies van lijken en het idee dat het zal bezwijken. Wie is in leven, door de dood kijken?

Intelligentie



        gaat niet over intelligent zijn. Het is onrealistisch. Waar zit het, in een hersenkwab of ons zogeheten geloof? Als je op televisie ziet hoe het er een spel mee speelt, kun je je afvragen of we over intelligentie spreken. Los van een cijfer berekenen op basis van bepaalde opdrachten, wat ook al zo... noem het maar niet intelligent.
Overigens, wie zegt dat het met vraagstukken, die in zo'n test voorkomen, kan worden bepaald? Wat weinig weerspiegelt van het grote plaatje zijn de onderwerpen. Het vult tijd meer dan je er iets aan hebt. Het leven varieert daar waar dit niet. Voor je het weet vormt het oogkleppen. Kan je buiten het kader kijken, maar wie zegt dat er lijnen zijn?
De toets is irreëel, als je het mij vraagt. En de stof droog. In een rukwind kan je nog zo goed zijn in denkwerk, maar vasthouden aan een boom of iets, valt dit er ook onder? Iets wat nergens mee is aan te tonen gebruiken om de wereld verder op te delen dan het al aan splinters is. Waar het ook nog mee aan de haal kan gaan door zich beter te achten dan anderen. Of andersom. Aan het eind van de dag heeft niemand er wat aan. Van jongs af aan worden er opmerkingen geplaatst die later op littekens lijken. Van dom blondje en slimmerik tot degeen met een intelligentiequotiënt (IQ).
Trouwens, hoezo noemen we iemand met een hoog IQ intelligent als je dingen vlug snapt? En waar dient het vlugge voor? Trein halen, de dood zit op je hielen? De media zit vol met een beperking van tijd. Als er maar een finish is en zoveel seconden. Gekkenwerk. Neem de tijd. Ontspan. Hoe moeilijk de sommen zijn en wie deze ook vat, zien dat er geen ego is, dus geen intelligentie... [zucht]. In de ingewikkeldheid duiken en daar in blinken, top. Maar, wat heb je er aan? Voor wie? Wie noemt je intelligent? Jij, of de ander?
Want zo gaat dit. De een wie het niet dusdanig is zal de ander vertellen hoe... kom op. Ik heb me zo laten noemen. Onnozel dat ik ben, licht ik mijzelf dan op. Verknip ik me. Wat niet nodig is. Ga ik op zoek naar dingen die het bevestigen. Tot er iets knaagt. Een vraagteken wat de IQ test ontgaat, de Nobelprijswinnaar ontbreekt en de mens vreemd is. Voor de ander om jou intelligent te noemen is het misschien een tijdelijke oplossing omdat het dit zelf niet is. Want als een ander het niet is, maar het in jou denkt te zien, wie ben je dan om dit te zeggen?
Het zijn geen feiten waar het over gaat. Het zijn meningen om moe van te worden. Met zo veel dingen beoordelen we iets aan de buitenkant zonder dat het dit eigen is. Laat me je zeggen, die 'ik', waar we het op hebben te baseren... waar? In welk bot verstopt? Hoe vaak moet een gedachte er zijn tot je ziet hoe vaag deze is?
Vervolgens beweren dat wanneer iets zwart op wit staat een feit is? Wat in de kern om een onhelder, niet vast te pakken verschijnsel gaat dat in een mum voorbij is? Het is idioot. Zo idioot, ik heb er geen woorden voor. Bescherm het gevoel dat onder de dikke laag onnadenkendheid van ons pulseert, want niemand doet het voor je. Het verkeer heeft er schijt aan en wie je bent is geen vraag waar waardering voor is, blijkt. Veel wat en waaroms, maar wie? Zonder tot een antwoord te komen? Die gast is gek, blijf maar uit zijn buurt. Al is dit een makkie, want ik poog je er in voor te zijn. Vooral om het niet over in tel li gen tie te hebben. Dat nogal wat lettergrepen zijn om iets wat over snel vatten gaat, snel te vatten.
Ik deed alsof ik het begreep, maar ik snap het niet. Het klinkt abstract genoeg om niet waar te zijn. Het zal een selecte club zijn dat bepaalt wat intelligent is en hoe er in te slagen. In te slagen? In wat voor wereld leven we? Als je maar iets voorstelt. Goed bent. Beter wordt. Aldoor oefenen, inspannen en ontwikkelen. Wat ook verwikkelen kan worden genoemd, in alle ingewikkeldheid. Je bent zo goed als je bent. Je hoeft niets te zijn. Hoeft geeneens te zijn. Wie denkt er anders over? De halve wereldbevolking? Als ik de tranen heb, is alles oceaan. Grap en geen grap. Maar ja, wat weet ik er van. Ik ben niet intelligent, noch onintel// EЯROR te lang: ẞLIEP letterrr grrr@# in de *^Z@%# //wurgGG GrƎƎ&pq(