Texelse terreur

 

scheurt gans de gore gruwel ginder,

waar Gans waggelt

wie gans geen gruwel

ginder scheurt,

Texel kleurende

en de kleur van terreur 

scheidende in groen en zwart,

de terroriserende kleur

van Texel in hart

die afschrijselijk klinkt 

als kanker kan krijse,

zoals de ex van Jac. P. Thijsse,

die het reize ranzig rekent

en gaat liggen

richting de rook

van het spook

dat de terreur 

verscheurt 

van Texel in exe,

het laat hekse 

en het sekse 

als ex voelt fikken 

in vuur waarin 

't duurzaam zit 

te wikken

te wegen

tot het een 

'ons'

minder is?

Pilio


zegt dat

dagen niet veranderen,

gemoed in herhaling is gevallen,

doch kleine nuances de boel luchtig maken

Als 't naar de lucht kijkt schijnen dingen voorbij te varen,

maar als 't naar binnen voelt komt angst de strot uit,

net zoals verbeten woede, haat en rancune.

Een wrok die wraak wil op idioot geloof in alles,

dat jarenlang, net als Sint, niet is onderzocht.

Ach, 't gedrocht heeft niets te klagen, dat is zo.

Zo is er geen klacht, maar doet het er zich één voor,

zoals door het masker dat 't draagt heen valt te kijken.

     Wie maakt muren als dijken

     om voor het geslacht te wijken,

     voor het tegeltje dat zo breekt

en zit als lijken

     om niet voor angst te bezwijken?

Vragen?

Dreigen niet neigen te voelen wie in doelen dreigt te schieten. Met armen om bal. Al valt er niets te scoren met ballen die niet horen te schieten doch juichen de tieten om de bal die het doel voorbij schoot?

Dood het dreigen? Neigen naar dood? Neigen te rijgen wie 't hijgen dreigt met de dood? Dood je? Neem ik je in het ootje? Het spel is gespeeld? De wedstrijd af? Dreigt er straf? Wie graf het graf? Graaft de graven? Laat dagen vervagen?

    Vragen?

'A frog' is een kikker

 

Een kikker kan een pad zijn

Op een pad kan het lopen

Op een kikker niet

Koud water is er niet

Het is nat

Die kikker

Dat pad

Celleritis


In de cel

Bewaar ik me

te mijden dat

het ik ben ik

mij niet vat

Al valt er niets

te vatten

toch

doe ik alsof

ik handen vat

Handvatten had

Water at

alsof ik

wodka wil

Til ik te zwaar?

Aan alles?

Ril ik

van angst?

Is het kil?

Kill?

Murder?

Death?

Until

I

Have

Nothing?

No more?

No less?

No ?

Yes  ?

Yeah   ?

Storend haar


Hij stoort haar

Haar 'story' over hem

    History

Koningskracht


Breek wat breken kan

Gooi de vaas naar de muur

Ram die scherven eruit

Rinkel de kinkel

Het geluk van de eeuw

Er wordt niets gelijmd

Met de scherven 

mag 't spelen

Vorm scheppen

Herscheppen

Opscheppen

Doe maar alsof 

het Breekkoning 

de eerste is met 

Scherfkoningin 

de laatste

Alles mag kapot

Stamp maar

Alsof de scherven 

liggen verspreidt 

langs het lichaam

Die het wel kan hebben, 

ten opzichte van 't ikje 

die de baas erover 

denkt te zijn

De touwtjes in handen?

Kiezen voor breuk?

En is er geen wil?

Voor de afwisseling?

Nu er wordt nagedacht?

Denkt wie?

Tijdloos


Kruipt de tijd

't Staat stil

Als slak

verdwijnt het

in huis

zo handen

verdwijnen

in rugzak

om water

te pakken

maar pakt het water

dan lijkt daar niet later

maar nu geen water te zijn

Kan ik maar tijdloos zijn

ach, grapjas, dat ben ik ook

en toch ook weer niet

de laatste woorden 

hierover zijn er niet

al ratelt dit maar door

en is geen punt te vinden

behalve op de i

van ik, 'I' en 'ich'

Mik het 'eye' op 'sich'

Ontdek dat er geen zelf is

al ziet het dit in al

Wie durft het aan,

te sterven in heelal?

Wie ziet

dat de woorden

in dit lied

zijn gelogen

als je door de 

woorden ziet

dat leren

geen leer is

in dit lied?

Vragenvuur


In 't laatste uur

van leven

beven de botten

bij elk teken

dat verdwijnt,

wat als golf deint

tot in eeuwigheid

    dat

naar waarheid gesproken

niet is onderzocht.

    Mocht

    een golf

voor altijd deinen

hoe wil het dit

binnen lijnen

van taal

verklaren?

    Haren

in vragenvuur

verbranden?

Om koude handen?

Om te landen?

Tot landen

verbranden

in vragenvuur?

Wie waagt 't 

uur te verlaten?

Draagt vuur in?

Vraagt nu af?

Vuurt vragen?

Vraagt vuur?

Huurt 't huren?

Buurt 't buren?

Muren de muren?

Zuurt het zuren?

Is vuur te verduren?

Duren vragen uren?

Komen muren op me af?

Straf om 't graf te ontkennen?

Wenne vragen in vuur?

Benne vragen zuur?

    Enne,

Wie is het vragen?

    Wat vuur?

Dumpen



Als 
Vriend(in) Gedumpt

Onder het mom

Van vriendschap

In de naam

Der liefde

Om eerlijk

Te zijn

Het is uit

Al was het

Nooit aan

Het is uit

Met vlinder

Verslinder

Het is uit

Geen hinder

Aan

Hanger

Los

Aan

Biddend

Mos

Aan

De overkant is het stil

Het is 'still' aan

Immer aan

In de waan

Waar?

Niet waar?

Hier?

Nu?

Ik zong

       heel erg hoog

Bedroog

       daarmee mijzelf

Loog

       waarbij ik elf

Maal

       kotste

In

       een taal

Die

       het hoofd

kaal

       scheerde

Leerde

       ik mij af

Hoog

       te ego'eren

Dan

       bedroog

Ik niet

       loog ik

Niet

       oogde

Ik

       misschien

Niet

       naar

Het

       hoge

Lied

       dat

Ik

       zong

Wij zijn de mannen


van de pomp

We tarten ritme

Tarten bloed

Staan paraat

Kloppen goed

Wij zijn de mannen 

van de pomp

Met kleppen 

op het hart

Vaten apart

Bonzend

Tikkend 

Kloppend

Hard, zacht

Rustig, snel

Door hemel

Door hel

Wij zijn

de mannen

van de pomp

Elke ader 

gooit het vol

Tot in de puntjes, 

jawohl

Es ist 

das Herz

't Hart

't Pompt

Es brennt

't Brand

Verbrandt

Leeg, vol en waar?


Zo staat de ruimte vol

Zo is het leeg

Keert rust als deeg

rijzende omhoog

tot het bakt

en opgepeuzeld wordt

Dan vormt zich nieuwe rust

Nieuw deeg

In een ruimte leeg

Gevuld met het idee

Hoe leegte wordt benut

Hoe ga ik om met 't hoofd blut

aan gedachten?

Hoe is 't wachten?

Hoe vul ik tijd?

Tot mijn spijt

speten mij woorden

Is sorry Corry

en Corry stil

   Zo stil,

Dat ik mij vraag,

   Hoe is het

dat ik aan 't ware til?

Draagraket


Waarachtig machtig sterk

In elke hoek van de kerk

Haven voor vlucht

Melk elke zucht

uit tot ontsnapping

    uit de drukte

        uit 't hol

        in hol

    Wie is het die bukte

onder een wereldbol?

Tal


't Kost geen cent

Vragenderwijs

Brak het ijs

Zevental

Sjantal

Tal van Sjans

Wie durft het aan,

de sprong

van schans?

Ondag


De tanden sterk

Vandaag opent zich een kerk

Wandelt 't als tempel

    En hee,

    is 't thee

drinken in moskee

Vandaag is ondag

De dag om te ontdagen

Geen zondag, want

waar de zon is

is als de magen van de koe

Geen vier doch heilig

Wie voelt zich heilig,

heilig en moe?

Zonnestralen


halen de aarde niet

Slapen is als water

door een vergiet

Zeven is 't getal

dat ongeluk tekent

Wachten is voor 't weer

de warmte om de kou

Wie zegt au,

       hou van       ?

Deel


De aantrekking is er

doch weerhoud zich iets

als magneet afstotend

waar 't 'close' is


Als klooster trek ik rond

open deuren

gesloten mond

vol geuren

bedekte kont


De afstoot is gewekt

na 't zich aankleed

als verpakking aangetrokken

zo foto geschoten


Schiet op, in eigen tempo

Klimop en groeien maar!

Wat is het toch,

dat ik met deze onzin

(niet) bespaar?

Kriebelend kippenhaar


    Krijg de kriebels

    De haren overeind

    Vel van de kippen


Gesloten knieën

Open gewrichten

Open gedicht

Open boek

't Is mijzelf

Ik ben zoek

Verliefd op alles

Doch nergens te vinden

Nergens naar op zoek


    Krijg de kriebels van 't zoeken

    De haren staan overeind

    't Kippenvel opent gewrichten,

    gedichten en het boek

    dat ik al schrijvende

    schijn te zijn


Kriebelend kippenhaar

Vel na vel

Hoe beschrijf ik hemel?


    Hoe hel?

Dúlamán


Een beetje lezen

Een beetje walg

Huilen met de pet op

Zeewier, groen en alg

Wansmaak en verderf

Over het lichaam lopen


Wie moet wat ik erf?

Halsoverkop


Lin galop

De branding kolkt

't Water draait me een loer

    In ruim sop

    De koek is    ?

    Halsoverkop

    In sleur

    Non alledaags

    Kom maar    ?

Ik

heb twee maal gepoogd om zelfmoord te plegen, de derde keer is menens. Niet om het lichaam om zeep te helpen, noch een strot door te snijden of aan nek te hangen. Het heeft niets met de handen van doen. Het is om figuurlijk, in gedachten en zonder me aan te steken te branden.

Van hel naar hemel

Zemel tot brood

Boter, melk & ghee

Wat weet ik?

Wat nie?


Wie ben ik?

Waar ik ben is ongeduld. Angst. Blode. Dan moet er iets bij, de boel ingewikkeld maken. Een paar niet onderzochte zuren namens een dooie ontwerpen, verzinnen, beliegen. Voor natuurlijk een te grote angst, maar dit toegeven ho maar.

Laat mij een magische kogel zijn die net als elke andere pil over de datum heen is en dankzij niemand die het onderzoek grondig afmaakt het tot kolder, onzin en kul acht. Het werkt niet, bemoeilijkt de boel en maakt het onnodig ingewikkeld. Dat wil de 'ik', de wetenschap, de ik ben ik niet horen, begrijpen en al helemaal niet aannemen. Goed, het is niet waar. Maar om de eigen mening, of die van horen zeggen, van papier, uit de slecht onderzochte praktijk in twijfel te trekken, te onderzoeken, te verwerken, ho maar. Das teveel moeite, dat doet men niet. De norm luid: volg de kudde, niet het zelf.

Zo volgt het braaf de kudde, thans, zo lijkt het aan de buitenkant. Aan het uiterlijke gedrag te zien... maar van binnen bepaald het dier zelf hoe het iets neemt. Als het iets niet mag weigeren, ondanks de wet, het recht en gezond verstand, dan weigert het met een omweg en anders, door eerst iets aan te nemen, maar de ongein te mengen met gal. Over gif gesproken... voor wie betekenen drie puntjes wat?

United nowhere


Fasten Thy seatbelt

This train is going down

Deep underground

To where no one has been

Without questions

No regrets

Not even sorry

It is not about me

Neither you or anyone else

It will be foretold

I will be the mold

Into which I will be molded

Referring to space

And all that it holds

From Sakti to Síva

God, Allah and Brahma


Oh, Brather


    O, Sister


    Where do I belong?

De dansende Morrel

Over zweet gesproken

    De dagen morrelen

        De voeten koud

De tegels niet, die zo breekbaar het vlees aan diggelen slaan. Voorkom dat dit een baan wordt door niet te wenden aan wat er op u afkomt aan onzinnig gebrabbel. Kets het compliment, de pluim en de groet van u af, mijd wat er aan meid om u zwermt. Laat het eigen wereldje in tact. Tactisch is het niet, maar noem het dan subtiel, fijn en gevoelig.

            Over zweet gesproken

    Het druppelt langs het lichaam

De dagen morrelen

Tastbare donkerte

Leegte alom

De voeten warm

De lucht bevriest

Niest er niemand?

In zweet gelopen

op de dag waarin

het wat morrelt

op blote voet

                Wie zweet angst in bloed?

Psychiatrie


Aan de hand van de psychiatrie

kan ik het leven bekijken.

Voor de grootste ziekte

hoef ik dan niet ver te reiken.


Één denkbeeld houd ik 

als psychiater voor werkelijkheid aan

dat zonder bewijs wordt gedaan.


Een illusie die ik niet laat.

Naast de angst als wortel wat het voed

Het klinkt zo psychotisch,

maar niemand wie er voor boet.


Dit zou toch van de zotten zijn, iedereen gek?


De illusie zit 'm in woorden,

het zit tot de nek.

Ik houd nu maar mijn bek,

voordat het 't nieuws bereikt,

want er is geen dokter voor deze verschijning, zo lijkt.


Al is er een goeroe die kijkt

en mij laat zien.


    Wat weet ik?


        Wat misschien?

Prinszessenhaar


Over de daken getrippeld

kwam de prinses te witte paard

de vacht tonen

en een vracht vlees

laten zien

Zo de huid misleidt

leidt de merrie haar

over de pannen

Op zoek

naar haar geliefde

vind de liefde

haar haar

en alles

dat eronder groeit

Waar dit haar al ontvangt

ontvangt zij gedachten,

ideeën en dingen

die haar verleiden

te moeten zoeken

naar dat

wat haar

omgekeerd

niet zoekt, 

zo het haar al

gevonden heeft

Werk


Als het stopt

bij de Bolder

is het kolder

dat holder

de bolder

uit de polder

stroomt

Onzin

kan het niet leren

noch onthouden

is wat het zal doen

als het doorheeft

dat een aura groen

noch werkelijk is

Als het stopt bij de Bolder

komt alles wat het

verborg op zolder

onder het stof vandaan

als een keten

die is ontdaan

De draak vliegt er

met het goud vandaan

Voor wie niet zo groeit

gaat terug naar de baan

de Bolder genoemd

Als het stopt bij de Bolder

is de kolder verdoemt

te mislukken

als een ongeluk

waarbij krukken

de oksels dragen

Lege magen

vullen weder

Lege dagen

vullen vol

met bagger

en bezems te kort

voor het te veel

dat ontkracht

aan de macht

van geluk

Als het stopt bij de Bolder

komt kots

in een zogenaamd bedrijf

dat op het lijf schijnt te schrijven

dat werken en leren

is wat het doet

Als het stopt bij de Bolder

wordt de rust beboet

die het tijden niet nam

Vrijheid

als een dam

die op barsten stond

waar het

als een rivier

uitmond

in de oceaan

om te verdwijnen

in water

als as

gestorven

bedolven

in vocht

Als het stopt bij de Bolder

is er geen slaap

waarmee het vocht

tijdens de uren

waarin het de tocht

naar ware woorden zocht

Als de Bolder

vol kolder

en hol is

aan leegte,

is het een hol,

een grot

Zo Socrates

Een wijze les

Voor wie het licht ziet

loopt naar buiten

en keert nimmer om

niet wetende

wat voor reis het begon

Om te stoppen bij de Bolder

komt het op zolder

tegen wat het zocht

als bril op voorhoofd

op kop van gedrocht

dat te lelijk is om aan te zien

voor wie van Bolder is

Voor wie van Bolder is

kijkt in de spiegel

waar de ruimte

het gezicht

laat zien

hoe schoon

puisten zijn

Hoe wijs rimpels

Hoe grijze haren staan

Boven al

hoe ontdaan

de duivel is

nu het geen poets kan bakken

in de sprakeloos

achtergelaten

Kolderiaan

Is er geen mug

die dood heeft te gaan

omdat het zoemen

geen last is voor wie

niet kijkt maar zie, tuh?

Soms niet den, kuh

Doen

Niet doen

Denke

Zal het de ober wenke?

Om te gaan?

Het heeft gerotzooid

als Kolderiaan

Wie stopt bij de Bolder

komt uit ellende vandaan

om lucht te happen

na het rokershok

te doorstaan

Als het stopt bij de Bolder

loopt er een trap naar de maan

Het kan niet stuk

huilend van geluk

Huilend van geluk

ontspringt er een bron

van tranen

en Ron,

whoever it is,

verliest de realiteit

die als mis, verstand

het leven in is geblazen

maar door de wind is gedoofd

Verdoofd zijn 'wij' in wie het gelooft

om de pijn te sussen

als het duizendste kussen

dat koning aan prinses

kado heeft gedaan

Het voelt de erwt

al op de maan

Als het stopt bij de Bolder

komen de vogels

op bezoek

Feest het

In een boek

Komt de vogel vrij

Met vleugels van de engel

Is wat God zei?

Overéénkomen?

Zoals het huwelijk begon

aan dat wat 't niet weten kon

is het de vraag,

wie stelt wat voor?

Nu niet allemaal in koor gaan doen dat we overeen willen komen als we niet hebben onderzocht wat voor gedrocht er iets tekent zonder de vraag wat dit betekent

Wie ben ik?

Waar kom ik vandaan?

Waar ga ik naartoe?

Nog niet moe van alle reacties? 

Ga dan maar door met het hoofd vol attracties.

Het komt niet over één als het geen vragen blijft stellen en 't blijft dit zo nodig vertellen tot het ziet dat elke vraag 't doel voorbij schiet.

    Wat weet ik?

    Wat niet?

Een overeenkomst kan gelden als twee zielen één gedachte delen, maar helaas pindakaas bestaat er geen ziel, betekent delen dat 'we' in hetzelfde woord zitten te wanen, zoals tranen voor ieder anders is en gedachte een woord voor het onbekende.

Nu het zich tot overeenkomen wende ziet het dat 'wij' als bende geen twee kunnen zijn en das op zijn minst fijn. Geen water bij de wijn, dus mijn zogenaamde orde mag in tweeën worden gehakt wijl het wegzakt in de rust die de bemoeizucht niet kan bieden om over de kritiek op die zorgeloze lieden maar te zwijgen. Het doet liever neigen naar de rust die zelfs de kust niet laat voelen.

    Wat is het toch dat 'we' met 'één' bedoelen?

Krakuzetoria


Inspiratie is niet gevonden als het niet is gebonden aan gedachten die denken. Om pijn te voelen kan ik mezelf krenken. Zoals ik heb te vernielen wat er zogenaamd aan zielen in me denkt te wonen. Om me te belonen met een schone lei, alvorens ik maak. Z
onder bezieling is de vernieling voltooid. Een dichtader sluit de boel. Één die open is nooit. Die vertelt dat het doel er niet is. Bij voetbal en in het leven.
Het is even dat het dacht dat inspiratie bestond. De grap is, het komt uit de kont. Een andere kijk. Niet werke lijk. Neem ik me nou in de zeik met enthousiasme en ideeën? Als onzin dat zo in het hoofd komt kijken?
Wolken die wijken voor de zon die straalt. Is het Jezus die dwaalt? Speelt het oog een spelletje? Wie is er in voor een relletje? Op het Leidsche plein. Rust, regelmaat en rein. Deze woorden kennen geen refrein als het als limonade uit een fontein de lucht in wordt gebonjourd. Roert het in 't water, dan is dat om daar later de vruchten van te plukken. Het leven zal niet lukken. Godzijdank. Dan hoeft het niet te rukken aan Jan en alle man om te krijgen wat het wilt punt en el. Niet zo snel. Rustig wandelen in de hel. Voor ik het weet ben ik eruit. Wat ik daar zie wil ik vragen. Zodat de dagen in de hel in twijfel worden gebracht. Een kracht om macht te ontkrachten.
Verwachten is voor wie nog niet weet dat de toekomst en het verleden door het heden deze uit het raam smeet. Met barsten en scherven vol van geluk. De humor is eerlijk en kan niet stuk. Pluk de dag al is deze eindig. Eeuwig is alles wat niet is te vatten. Dit kan zo doorgaan als de aarde en maan hun afstand in meters tot die van de zon.
Spijt van gedane dingen? Ik kan mij in bochten wringen. Maar alles waar ik in geloof is als in kringen draaien. Kon het maar waaien als de wind. Een God geprezen kind in de natuur. Schoenen maken geen man voor wie het laatste uur is geslagen. Dagen brokkelen af. Zal ik mij vragen, wie ben ik? tot vanzelf wordt ingezien dat alles zogenaamd in de fik zal gaan?
Wie kan zich dit als een baan voorstellen? Het vullen van vellen papier. Een waterval aan woorden. Over het nu en hier. Over het heden. Over het verleden van het heden. Hier en nu. Ben ik 't al zat, als een natte paraplu? Of gaan 'we' door? Zingen 'we' in koor over de dingen die het verloor maar toch nooit had? Wat is vallen in een bodemloos gat? Wat? Een zak patat. Die het in handen had. Verdwenen. Wenen hoort bij het leven. Soms is het huilen. Soms is het rot. Soms is het varen op een vlot in de oceaan. Het is gedaan met mijzelf. Gedaan met de waan. Eindelijk iemand die de baan, naam en waan niet weet te volbrengen.
Gaan we olie en water niet mengen als het niet gaat? Niemand heeft er baat bij om te doen alsof ik ben. Pijn is geen gegeven. Een onbekend iets dat ik verkracht tot een vier letter woord wat op zich meevalt met 'n teken van lijden. Laat het daar niet over uitweiden. Dan ben ik hier morgen nog.
Toch is de mensheid niet oud. De aarde bestaat langer dan ik en wie er ook mee doet spotten en als zotten de boel verzieken als wieken van de molen die vertikken te draaien in het waaien van de wind. Als God molenaar, is vervloekt het de mensen die het als bladen niets vindt. Knip het lint, door. Voor, wie is Joost? Wat is zorg? Plan? Man man man? Ga toch fietsen, rollen of lopen. Op Joost en een plan kan ik niet hopen.
Hopen mest kan ik zien. Maar hopen dat het mest is, is als negen vingers op handen van tien. Niet goed kijken. Een oordeel vellen. Zonder te vertellen aan mijzelf dat ik net zo goed tot elf kan tellen om te kijken. Het oordeel ontwijken. Vragen wat het toch is dat er telkens misgaat, als iets niet gaat zoals ik wil? Luister naar Damiaan. Laat het gaan zoals ik niet wil. Beken de fout die ik doe maken door van de daken te schreeuwen dat het krijsen van meeuwen aan die vogels zou liggen, en niet aan mijzelf. Wie ben ik op leeftijd met het gedrag van elf?

't Ware ontmoeten?


Dan zit het hier

en nu

met beide benen 

op de grond

en op de mond 

gevallen

Hier en nu 

als Jo, dit of dat?

Nu of nooit? 

Wie is het 

die alles overboord 

gooit?

Niet meer klooit

en zich tot het bot

ontbloot?

Dat zelfs de dood 

schrikt 

van het ware gezicht?

Niet van het gewicht 

door alle zorgen

Wel hoe licht 

niet morgen

maar nu 

zich openbaart

Zo fel als de hel

Zodat het zorgen klaart

Want is 't het waard

om nu als Jo, 

dat of dit,

te doen alsof 

het zit?

Te doen alsof 

het trouw is?

Om een woord 

dat geen goud 

inhoud?

Houd maar in wat het wil zeggen

Over de heggen van de buurt

is het de waarheid die langer duurt

dan dit leugen 

Waarvan het de oorsprong 

niet kan heugen

noch dat het er toe doet

    Wie

        O wie 

            ont 

        moet?