Ik?

Ik drink omdat iedereen drinkt. Om me te verdoven. Om te doen alsof. Want ik mag niet dood. De samenleving kan het niet aan. Wijl er iedere tel één sterft moet ik door met drinken?

Ik rook. Wierook. Omdat roken slecht voor je is. Een vlucht voor jezelf. Slap excuus. Als Nisargaddatta zelfmoord had gepleegd, had je het ook niet gedaan, dus waarom dan doorgaan met roken? Als het mij is gelukt, kan iedereen het. Pakje in de prullenbak en gaan. Water. Drinken. Om te verdoven. Want ik mag niet dood. De samenleving is te bang. Voor wat? Voor iets dat we niet weten? Nooit zullen weten? Come on. Come in. Coming?

Ik kom. Niet. Ik laat het zaad onaangeroerd. Beroerd wordt ik van hen die nog spuiten. Al dat zinloze vocht. Miljoenen cellen de dood injagen. Dat vinden we niet erg. De potentie om het organisme te 'maken' laat het sterven, daar is niets op tegen. Of erger, niet het voortplanten, maar voortikken is wat we doen. Ik heb nog nooit iemand zien voortplanten. Nog nooit. Nee, pas als er zogenaamd een ik in huist, dan moet je leven of je wilt of niet. Geen probleem, maar voor wie we werkelijk zijn maakt het niet uit of ik sterf. Noch hoe Hitler zijn ding deed. Geen holocaust, massamoord en ziekte is mij teveel. Kom maar op. Ik speel het medicijnmannetje. De ruimte. Het heelal. Ik vang alles op. Laat geen schram achter. Zorg voor alles. En behoef geen respect. Zoals mensjes daar aan vastgrijpen als het ze te veel worden. Maar respect voor de leegte, de stilte en rust? Ho maar. Dat gaat ons te ver. Liever kletsen. Ouwehoeren. Achter de rug om grapjes maken. Niks mis mee. Tis alleen even opgemerkt.