Doet het pijn?

Pijn is leermeester,

maar wie student?

Hoi, dat is toevallig. Ik was vorige week ergens waar ik weer eens iemand sprak van de middelbare school. Dacht toevallig aan jou. Grappig dat je me vraagt. Hoe is het?

Hoezo grappig? Kan je je voorstellen dat het immer de ander is die vraagt hoe het gaat, niet jezelf?

Grappig is misschien niet het goede woord. Maar zoals ik al zei toevallig. Met mij gaat het trouwens goed. Wat levenservaringen rijker. Alweer lange tijd weg. Tijd vliegt. Hoe is het bij jou?

Toeval? Toe val, val in de liefde, maar blijf niet liggen; sta op. Kan je je voorstellen dat het niet uitmaakt hoe het met mij gaat? Wat is een levenservaring die je aan kan raden?

Nee, kan mij dat niet voorstellen eigenlijk. Praat ook zo eenzijdig dan.

Hoe het gaat is toch niet de enige vraag? Zijn er geen andere zijden aan de mens om het over te hebben? Wat nou als het voor mij niet uitmaakt of het goed, slecht of rot gaat? Drie zinnen verder en die eenzijdigheid valt weg. Al ligt het er aan hoe je er naar kijkt.

Zeker niet de enige vraag. Maar meestal wel eentje om mee te beginnen als je mensen lang niet hebt gesproken.

Snap ik. Al skip ik koetjes en kalfjes en tast ik zo snel mogelijk door tot de kern. Afhankelijk wie ik voor me heb. Je response is te waarderen. Tot dusver voel ik te weinig ingang om direct te zijn. Dat is ok. Het resultaat ligt los. Wie weet waar dit gesprek heen gaat. Hoe het gaat is geen vraag die ik met norm beantwoord. Het is een goede vraag om dieper op in gaan, maar dan dien jij daar ook zin in te hebben. Of, als je wilt; wat gaat er goed met die rijkdom aan levenservaring van jou?

No worries. Direct zijn is altijd goed. Een van die levenservaringen. Net als je verwachtingen temperen en je leven leven zoals jij dat wilt. Al was ik daar altijd wel goed in. Het heeft me tot nu toe gebracht waar ik wil zijn. Anyhow, niemand vraagt overigens om een hoe gaat het vraag te beantwoorden met een norm. Daar ben jezelf bij. Je kunt hem beantwoorden zoals je wilt. Of niet zoals jij doet. Wel beetje ingewikkeld zo. Durf bijna geen vraag meer te stellen naar aanleiding van de hoe gaat het vraag. Over direct zijn gesproken.

[lachen] Welk gevoel gaat er samen met dat durf je bijna verlaten heeft? Goed teken overigens. Wellicht is er sprake dat de ernst welke me kan grijpen, wederzijds is. In andere woorden, of je dit serieus neemt kan alleen jij zeggen. Ik geef de voorkeur aan voor mezelf te spreken. Het komt in ieder geval gemeend over. Dank je.
Misschien is het een idee om de hoe gaat het vraag te onderzoeken. Anders te bekijken. Veelzijdig te belichten. Daar vragen over te stellen. Hoezo maakt het iemand niet uit hoe het zich voelt? Wat heeft dit voor te stellen? 
Wie weet zijn het getemperde verwachtingen die maken dat het zo met deze vraag omgaat. Anders kon de 'ja, goed of nee, slecht' vallen. Al zou ik me er niet op vast pinnen. Ik zeg maar wat.

Ik vind dat wel heel ingewikkeld praten hoor. Als je direct wilt zijn en tot de kern wil komen, helpt het wel als je iets vertelt en het vervolgens niet bij de ander legt om een onderzoekende vraag te stellen.

Mmh, misschien spreekt het langs elkaar. Tot de kern komen heeft voor mij niets met hoe een persoon zich voelt te maken. Wie je bent is dan de hamvraag. Eeuwenoude wijze om het ego bloot te leggen. Mezelf met haar en al uit de grot te sleuren en in het licht te werpen. Wie denk ik dat ik ben? Een persoon, een masker? Een bundel gevoelens en gedachten? Ingewikkeld, niet?
Het is simpel als het kwartje valt. Een vraag bij de ander neerleggen, is een idee wanneer het zelf geen vraag stelt. Zo wellicht een gesprek verder helpt. Zie het als een uitdaging. Een handreiking. Ik kan de mond open doen, zoals je kan zien, maar vind het interessant om jou het woord te geven.

Ok, ik ben wel benieuwd. Wie ben jij? Of wat ben je geworden?

Het idee bij deze vraag, is niet om met een antwoord te komen. Je kan zeggen dat het de vrager ontbindt. Dat je zo gaat twijfelen aan jezelf, op basis van een geaard lichaam om met angst om te gaan, dat je op een gegeven moment, in mijn geval geleidelijk, dieper en dieper beseft dat dingen als 'ik ben Joost huppeldepup' woord aangaat; gedachte, denkbeeld en illusie. Geen werkelijkheid. Dat er geen geloof (in jezelf) nodig is om te leven.
Ik ben mild door me in te houden met direct zijn. Als ik met jou omga als met mijzelf, wordt het wellicht te bondig, dubbelzinnig en tegenstrijdig. Wat ik al zei, me waterval aan woorden kan er zijn, maar als jij iets kwijt wilt, wees welkom. Al is het iets totaal anders, zoals, wat luister je nu aan muziek, of, wat doet de stilte met je?

Dan ben ik ergens blij dat je mild bent. Want ik vind dit al behoorlijk filosofisch en ingewikkeld. En snap soms niet precies wat je wilt zeggen. Ik ben overigens een tijdje filosofielessen gaan doen, maar ik raakte zo verstrikt. Ik werd er soort ongelukkig van.

Als je achterin een wiskunde boek begint kan je denken 'wat is dit voor abracadabra?' Niet waar? Hetzelfde met spirituele, filosofische en diepzinnige woordkunst. Al is het niet begrijpen er een begin van. Naast dat het louter hersengymnastiek is. Een nodige maar voorbijgaande fase, voor wie eerlijk is met zichzelf. Dat je er in verstrikt kan raken, valt voor te stellen.
Ongeluk, dat is een mooi thema. Zoals Damiaan Denys werd gevraagd, 'zijn we ziek als het ons niet lukt om gelukkig te zijn?' Schrikt het af? Is de angst te groot? Dit is normaal en het is verstandig om kleine stapjes te nemen. Vandaar een voorzichtigheid. Een bodem kan pas worden weggetrokken, als wie erop staat er klaar voor is. Dan gaat zoiets vanzelf. Er zal ook nooit een leraares zijn, die kan claimen het te weten. Het kan om de waarheid heen dansen. Zoals Socrates zei, 'ware kennis is weten dat je niets weet'. Nu jij weer. [lachen] Hoe kijk je naar deze 'ongelukkigheid'?

Ja, ken de uitdrukking. Zouden meer mensen van kunnen leren. :'D Maar die ongelukkigheid. Tja, hoort hij het leven. Als je het een niet ervaart, is het andere ook lastig. Loslaten. Op dat moment en nu misschien ook niet; ik sta er niet echt open voor.

Waar sta je (in het bijzonder) niet voor open?

Moeilijk te beantwoorden. Ergens houd ik van bepaalde oppervlakkigheid. En tegelijkertijd ook niet. Hoe zal ik zeggen, soort filosofische levensvragen, thema's uitdiepen. Wat ben jij overigens gaan studeren na de middelbare school?

Wat me te binnen schiet, is dat Hans Laurentius zei om op een helder moment zelfonderzoek, of wat je filosofische levensvragen noemt, te doen en wanneer niet, iets anders. Stel geen (onmogelijke) eisen aan jezelf. Het lichaam heeft limieten. Er in mee gaan, kan verstandig zijn.
Met oppervlakkigheid is niets mis, in essentie. Zelf had ik tijdens perioden van diepgang juist baat bij het luisteren naar wereldse muziek. The poppier the better, you could say.
O, de durf is terug. Ook een vraag over wat ik heb gestudeerd is me koe en kalf. Het is hobby om zoiets te omzeilen. Zo het wellicht een draai te geven. Klakkeloos vertellen kan tot pijn leiden. Nou heb ik niets tegen pijn, maar onnodig kwetsen geef ik geen voorkeur. Wat ik kan zeggen is dat ik heb afgemaakt. Niet alleen afgemaakt. Afgemaakt. Onderzocht. Figuurlijk het loodje gelegd. Door  aan fictie, welke leer met zich brengt, heen gaan kijken.
Al kan je menen dat ik aan zelfstudie doe, mocht ik het woorden geven. Zeg maar met een been in een aan jezelf werk modus en de andere die lacht vanuit het inzicht dat 't gebakken lucht is, waar het over gaat. Al spreek ik geen waarheid. Als ik het poog, glipt het als aal uit handen. [lachen] Hoe kan je omschrijven waarom je dieper naar het leven bent gaan kijken?

Wat maakt dat een dergelijke vraag je kwetst? Wat bedoel je met figuurlijk het loodje leggen? En wat is de reden dat je geen waarheid spreekt? Of althans jouw waarheid. Er bestaat niet zoiets als 'de' waarheid.

Dat het pijn kan doen, niet dat het pijn doet, kan een belangrijk verschil zijn. Net zo het om een antwoord gaat, niet de vraag. Dat iets kan, veronderstelt voorstelling. Als iets is, realiteit. Het is onpersoonlijk. Dus zal ik het zo onbevangen en onbevooroordeeld mogelijk weerleggen. Eerder een vrager aanreiken dat dit hoort bij de illusie van denken een persoon te zijn. Iets wat tig maal zwaarder weegt dan de invulling van deze fictie.
Pijn staat in relatie tot gevoel. Voor 'jou' en 'mij' is het nodig om een onderscheid te maken. Anders kunnen we het zo niet beschrijven. Dit is hoe taal werkt. Althans, hoe we dit hebben aangeleerd en het is eigenschap van het ego. Ik scheid me af van de wereld om me heen, alles opdelende in hokje dit, hokje dat. Wat voor 
één procent praktisch is, de rest niet.
Zie het als een gemoedelijke stilte. Welke we als het ware delen in samen zijn. We zijn even één. Niet omdat het zo is, maar voor dit verhaal. Dan breekt iemand de stilte en afhankelijk van hoe het gebeurt en wie het waarneemt, kan er van alles van worden gevonden. De één is blij, die was de stilte zat. Voor deze was het pijnlijk. Een ander boeit het niet, die kijkt naar buiten en ontgaat het. De derde doet zich voor als wie afzonderlijke pijn mijdt. Die kan niet genoeg krijgen van de leegte, de rust. Die voelt pijn in woorden, waar anderen geen besef van hebben. Welke graad meet van de kloof, die ontstaat bij het isoleren van 'ik', afscheiden van 'jou' en het verlaten van het serene.
Afgezien dat het niet uitmaakt wat er gebeurt en dat het liever leeft hoe het is, dan hoe het 't zou willen hebben, kan het opkomen voor zichzelf. Voor het lichaam en 't vormloze aspect. Niet de denkbeeldige persoon. Wat ik zei, met het ene been strijd het in, komt het op voor en werkt het aan zichzelf; met het andere wordt doorzien.
Stel het ontvangt een schitterende taart. Iemand snijdt deze eer het ready is. Er is behoefte om deze heel te aanschouwen, tot zich te nemen en te bewonderen. Wellicht wil het geeneens door midden. Wil 't hetgeen dat heel is, heel laten. Degene met het mes, is als de vrager wie iets wil weten over hoe de taart in tweeën is. Niet dat je dit voorstelt. Dat kan ik niet zeggen. Invullen doe je zelf. Dit is een illustratie, op basis van interpretatie.
De gevoeligheid van het lichaam is een instrument, uitwendige middelen overtreffend. Het gaat samen met de innerlijke stem, your gut feeling, intuïtie. Waarbij het pijn als leermeester ziet. Niet alle pijn hoeft het te mijden. Het kan ook fijn zijn. Kwetsbaarheid kan aangeven wanneer iets leidt naar het bevestigen, verstevigen en in stand houden van het ego, en wanneer niet.
Wat ik zeg, het is niet persoonlijk, dus ik ontwijk het onderwerp. Voor het hachje opkomen, voor niet tweeheid (advaita, het non-duale) en het spreken naar de waarheid (wat je zegt, de waarheid is er niet) is pre.
Zoals ik zei kan het bij mij tot pijn leiden. Zo laat ik andermans mening open. Normaal gesproken is er toch ontkenning als het angst, pijn en andere gevoelens aankaart. Ik zie er doorheen, maar ga de ander niet lastig vallen met een eerlijk gesprek, als er geen ruimte voor is. Ik gebruik de eerste persoonsvorm om het te vertalen. Hoewel ik dit liever uit de weg ga. Ik kan ook zeggen: het kan tot pijn leiden; minder persoonlijk. Het kan me in het geheel niet kwetsen, tenzij ik me voordoe als persoon, wat ik aan het besparen ben. Maar maak ik het persoonlijk, dan kan het me ook niet raken. Tijdens of na, kan het zien dat pijn geen gegeven is. Al lijkt het zo. Iets wat menig geeneens vindt lijken, maar van overtuigd is.
Als het niets schijnt te kunnen behoeden, in de relatieve zin; let it be. Al is het niet aan te tonen, het ego kan bruikbaar zijn. Vandaar een minder persoonlijke (objectievere) response op een meer persoonlijke (subjectievere) vraag. Doch, wat is te vergelijken? Niets. Dus  de  zee  in  met  zee  meer  min
Vermijden heeft echter geen voorkeur, tenzij het nut lijkt te dienen.  Om dit tot geen leus te leiden, leidt je het af met dat alles om de tuin leidt.  Zo  blijf  je
met  de  ene stelling de andere ontkrachten. Wetende dat geen van beide, noch wat het nu schrijft, waar is. Zoals iedereen er achter kan komen, stelt het denken een gereedschap voor, niet de realiteit. Wat wil zeggen dat wanneer de geest dusdanig vrij in gedachten denkt en woorden hun overtuigingskracht verliezen, het geloof niet serieus neemt. Het speelt. Lila. Er is geen werkelijkheid. Maya. Waar anderen zich druk maken over een klimaatcrisis, virus en are kul, heb jij geen flauw benul (meer) van zulke verschijnselen. Door een dieper besef is het leven doodsimpel.

Figuurlijk het loodje leggen. Beeldspraak. Een einde maken aan iets. Er kan harde taal worden gebruikt als het om zelfonderzoek gaat. Ik trek aan teugels, want hoe ik zinnebeeldig chloor at om schoon schip- ik bespaar het je. Behalve als je het aankan.
Neem mij, spirituele woordkunst en eigenlijk alles met een korrel zout. Wanneer het werkelijk onderzoekt, lost het op. Dan verdwijnt het onderzochte en wie onderzoekt. En/of ziet het dat het er nooit was. In dit geval 'maak je het af', brengt het figuurlijk iets om zeep en helpt het wat de wereld uit. Noem het interesse in dubbelzinnigheid, het raadselachtige mystieke. Het is eigenlijk onverklaarbaar. Wat wellicht verklaart dat het eindeloos kan verklaren, maar nooit met de verklaring komt. [lachen]
Gedurende dat woorden boeien, prikkelen en enthousiasmeren, er ruimte voor is en het lichaam niet zeurt over een boterham, kan het beschrijven wat niet te beschrijven valt.
 De reden dat ik geen, noch mijn waarheid spreek? Het kan vanuit de hoek kijken naar dat waarheid overeenkomt met een mening, visie. Dan zeg ik, tabee, in de prullenbak ermee. Geen behoefte aan. Kom maar met wat waterdicht is. Ook kan het waarheid zien als wat echt (voor mij) is en dat is niets. Dus houd het op met dit te spreken, of er naar te handelen. Je kunt met deze zinnen zien dat het situatie gevoelig is. Het hangt er van af hoe je wie, wat, wanneer wel en niet zal zeggen. Je kan zeggen, ik kan zowel (naar) de waarheid spreken, als niet. Zo komt het bedenkelijke om de hoek. Wat voorkomt om een monopolistische, eenzijdige kijk er op na te houden. Om onderzoek te laaien. En het is intellectuele bevrediging, braintainment, vermaak. Net als het vleugje zelfspot dat er in te vinden is.

       Spot ik mijzelf? Bespottelijk! Opgespot met spotten. Laat het onbespoten spuiten; vloei virya zonder vluchtend vocht. Toom in, gereserveerd. Voor wie balanceert bedaring met bevlogenheid? Wie ben je voor meid (of jongen)? Welke schat neemt de tijd om deze larie te ontleden? Wat voor dame (of heer) leeft nu, niet in het verleden? Tot ook het heden in de lucht weerspiegelt, voor de illusie die 'bedriegelt'.
Kriebelt er iets, of ben ik de enige in vuur en vlam? Ram opgedane kennis zo hard er uit als in. Wie dreunt woorden, wanneer je ze na kan slaan? Ga gade slaan, niet verliezen van de waan, die woorden wellen. Liever rellen dan revolutie. Zie, tot zicht onzichtbaar is. Dans, tot je erin verdwijnt.
Wie ondermijnt deze golf aan gal? Klim door dal, hel en hemel tot het gezemel ziet in zinnen. Laat geen man noch vrouw beminnen. Je bent binnen als je liefde overtreft. En buiten; waar ligt de grens? Steek in de hens. Keer binnenste buiten. Wie dit gezever van geen zweep voorziet, zet geen streep erachter. Sabbelt op de symbolische tepel, die het geeft
.
Wie streeft, laat het streven maar even zweven. Met al die andere zweefteven en kezen. Stop dit niet alleen in het hoofd. Haal het uit de zweefkont, voor het gezwets dat er in te vinden is. Haal me de woorden in feite uit de mond. Misschien dat het een einde breit, aan wat het uit gedachten sleurt. Het gebeurt, of niet.
Ik niet - nietjes. Zing liedjes die nergens over gaan. In een klank die niemand kan verstaan. Met een lach en traan. Laag in laag. Wat is de vraag? Hoe het komt dat je dieper naar het leven bent gaan kijken? Het is een idee om aan te reiken. Als je liever de was doet strijken, dit af wilt zeiken of je gaat verrijken met hi ha ho retteketet- nu ben jij aan zet. Voor wie is het om in taalballet geen ruimte te geven, aan wie er net zo kan verweven over het leven, als ook geen leven zij?